Sinds de jaren ’60 fungeert kraken als actiemiddel met een signaalfunctie voor een falend woon- en leegstandsbeleid: de reden waarom een kraakverbod decennialang als onwenselijk werd gezien zónder daarmee samenhangende effectieve maatregelen om leegstand te voorkomen. Kraken mag dan sinds 2010 bij wet verboden zijn, de leegstand en woningnood zijn de afgelopen 10 jaar verdubbeld. En dus wordt er nog steeds gekraakt. De VVD en het CDA vinden niet leegstand en woningnood, maar kraken het probleem. Momenteel maken deze partijen zich hard voor een wetswijziging die ervoor moet zorgen dat krakers sneller ontruimd kunnen worden, zonder de onderliggende problematiek aan te pakken. Omdat door deze wet de rechtspositie van krakers en precaire bewoners ernstig onder druk komt te staan en de historisch hoge leegstand en dakloosheid hiermee alleen maar verder zullen toenemen, vinden vandaag op verschillende plekken in het land acties plaats.
Eenzijdige effectuering Wet kraken en leegstand
Bijna 10 jaar geleden werd de Wet kraken en leegstand aangenomen, onder de voorwaarde dat niet alleen kraken, maar ook leegstand moest worden teruggedrongen. Waar kraken altijd een belangrijke stok achter de deur bij pandjesbazen was (en nog steeds is!), zouden gemeenten voortaan een actievere rol moeten spelen in de aanpak van speculatie met leegstaand vastgoed en verpaupering. Boetes voor structurele leegstand zijn echter nauwelijks opgelegd en dankzij de gigantische boost van leegstandsbeheer/anti-kraak is het voor speculanten alleen maar makkelijker geworden om leegstand te versluieren onder het mom van ‘bewoning door tijdelijke verhuur’. [.. Lees verder]