HetRedaktioneel uit het Parool van 1 februari over de Kalenderpanden. |
Scheefgroei op de woningmarkt Er heerst weer onrust over de woningpolitiek. De periode van acute woningnood van de decennia na de oorlog is natuurlijk voorbij. Maar juist de laatste weken wordt duidelijk dat de huidige ontwikkeling van de huurpolitiek en die op de koopwoningmarkt tot spanningen en meningsverschillen leiden.
Het debat over de woonpolitiek is jarenlang niet gevoerd, maar daar lijkt toch langzaam maar zeker een einde aan te komen.
Zaterdag demonstreerden ongeveer tweeduizend Amsterdammers tegen de sloop van de Kalenderpanden. Het ging daarbij om meer dan de bestemming van de voormalig loodsen alleen. Nog meer luxe-appartementen? Ook het krakersbolwerk in de Graansilo sneuvelde al door de oprukkende projectontwikkelaars.
Het is te gemakkelijk dit protest nog als marginaal af te doen. Bij mensen die niet tot de kraakbeweging behoren, groeit de onvrede over de ontwikkeling van de stad. De binnenstad dreigt langzamerhand het domein te worden van de rijkere tweeverdieners.
Nieuwkomers, mensen met een laag inkomen, studenten en jonge kunstenaars worden langzaam de stad uitgedreven. Woningnood is voor die groepen weer eens acuut. Welgestelde jongeren dreigen Amsterdam langzaam te ‘madurodamiseren’.
Er zijn veel fraai opgeknapte pandjes in de binnenstad, maar in de stad zelf valt minder te beleven. De melkboer wordt vervangen door het zoveelste winkeltje met ditjes en datjes. De situatie in Amsterdam is een symptoom van een veel verdergaande scheefgroei op de woningmarkt. Premier Wim Kok waarschuwde, met het oog op de huidige situatie van de huizenmarkt, al dat we op een ‘vulkaan’ leven. De ramp is niet te overzien als de huizenmarkt inzakt.
Zeker zo zorgelijk is het als de huidige prijsontwikkeling zich toch voortzet. Ook elders in Nederland wordt het steeds moeilijker voor nieuwkomers op de woningmarkt. Er dreigt een tweedeling tussen de mensen die al een koophuis hebben en de nieuwe generatie die de slag gemist hebben. Uit het oogpunt van de welvaartsverdeling is dit reden tot zorg. Het is merkwaardig dat het in het land van de koopkrachtplaatjes hierover zo stil blijft.
Het is verontrustend dat de woonlasten over het algemeen stijgen. De huurprijzen in de vrije sector, maar ook die in de sociale sector, gaan met de ontwikkeling op de markt van koophuizen mee. Zodra mensen uit hun huis vertrekken, wordt die gelegenheid te baat genomen de prijzen, na een renovatie, op te trekken.
Vorige week faalde de poging van het parlement de maximale huurstijging te beperken tot de inflatie jammerlijk. Staatssecretaris Remkes van Volkshuisvesting weigerde een motie van de Kamer uit te voeren en beroept zich plotseling op informele afspraken met de woningbouwcorporaties.
Het toont dat een nieuw en fundamenteel politiek debat over het wonen in Nederland weer noodzakelijk is. En daarbij moet het niet alleen gaan over het percentage waarmee de huurprijzen zouden moeten stijgen, maar ook over zaken als diversiteit en de samenhang van de woonpolitiek met het economische en sociale beleid.
Bron: Parool 1 Februari 2000
[squat!net]