Staatslieden willen boer worden

  Staatslieden willen boer worden


Buurtbewoners bezetten een boerderij aan de Spaarndammerdijk, rand Westerpark. Een van de schaarse hoeves aan de stadsrand, waarin het stadsdeel zelf gaten heeft geslagen tegen krakers. De buurt wil er een cultureel honk, met kleinvee en kruidentuin. En men is vastberaden.

Hoeve Ons Genoegen, met plastic op het dak.


HET IS ZO’N rommelhoek waarop de stad geen grip lijkt te hebben. Waar stadsnomaden hun onduidelijke dingen doen,waar een honden-, een duiven- en een ponyclub wachten op de opgelegde verhuizing waarvan het maar niet komt, en waar de katholieken hun doden begraven op kerkhof Sint Barbara.

Dat alles in de oksel van de treinsporen die het dorpse groen scheiden van Amsterdam in optima forma: de Spaarndammer- en de Staatsliedenbuurt. De andere kant op rookt het Westelijk Havengebied.

In de boerderij onderaan de dijk -Ons Genoegen, anno 1880- woonde sinds mensenheugenis de familie Hogenes. Maar hij stierf en zij, hoogbejaard inmiddels, had weliswaar de fraaie tuin op orde, maar kon echt het dak niet meer op voor het nodige onderhoud.

De overheid, eigenaar, had als huurbaas bedongen dat de bewoners de boel moesten onderhouden. Dat ging mis. “Nadat mevrouw twee jaar geleden was verhuisd, hebben we het pand onderzocht. Een bouwval. De muren waren zo krom dat ze uit elkaar kunnen spatten, het dak was kapot en de kelder dreigde omhoog te drijven,” zegt bestuurder M. Fransman van stadsdeel Westerpark. “De onderhoudsplicht was in het contract formeel bij de huurders gelegd, maar dit hadden we niet mogen laten gebeuren.”

Doodzonde, want de boerderij heeft trekken van een monument. Fransman: “Het is al grappig dat die daar nog staat, in dat mooie stukje achter het spoor.” Na het vertrek van mevrouw Hogenes zette het stadsdeel kraakwachten in de boerderij – zo vlak bij de immer tot actie bereide Staatsliedenbuurt is het bestuur op zijn hoede. Begin oktober vorig jaar was uit onderzoek gebleken dat de hoeve dreigde in te storten; dus moesten ook die bewoners eruit.

De stadsnomaden trokken erin; de politie haalde ze snel weer weg, in verband met het instortingsgevaar. Een stalen container blokkeert de oprit. Bouwvakkers kregen opdracht de boel definitief onbewoonbaar te maken, om nieuwe krakers af te schrikken.

Dat deden ze met enig enthousiasme. Het dak werd op strategische plekken stukgeslagen, de ruiten gingen eruit, uit de vloeren zaagden de werklieden grote plakken en op aanrecht en toiletpot landde de moker.

Fransman wil pakweg vijf (markt)partijen plannen ‘in de recreatieve sfeer’ laten indienen voor het terrein. Ook Stadsherstel, hoeder van hoofdstedelijke monumenten, heeft interesse getoond. Slopen en herbouwen kan ook, dacht het stadsdeel. Maar dinsdag zat het stadsdeelkantoor vol met insprekers. Onder hen de twintig buurtbewoners die de boerderij sinds het weekeinde bij toerbeurt bezetten.

Fransman blijft nog even bij haar vijf partijen, maar de buurt -verenigd in het comite Red de Boerderij- lijkt een kans te maken. In elk geval mag de hoeve beslist geen pompeus restaurant worden of een discoachtige kroeg. Opties als een theehuis houdt Fransman graag open.

Het comite niet, legt woordvoerder Martin uit bij de kachel die in de vernielde schouw van de boerderij tracht de woonkamer te verwarmen. Medestanders leggen de laatste hand aan het nieten van plastic tegen de ramen en het spannen van zeilen over de gaten in het dak.

De twintig zijn geen stelletje balorige krakers, maar een hecht front dat opkomt voor de rechten van de omwonenden, legt Martin uit. “Doordat we uit deze wijk komen, denkt men snel: o, zeker weer vriendjes van Jack (Jack van Lieshout uit de Staatsliedenbuurt, in de jaren tachtig voorman van de kraakbeweging, PV). Maar wij zijn gewoon burgerlijk ongehoorzame buurtbewoners die zich zorgen maken om deze boerderij en de manier waarop de politiek dit erfgoed verkwanselt.”

Hij heeft de argwaan die de actievoerder past. “Ze zeggen van die container op de toegangsweg dat ze de nomaden willen weren, maar ik verdenk ze van plannen voor de Rode-Haanmethode, de fik erin. Die bak belet de brandweer de doorgang. Maar zelf de boel aansteken durven ze niet, dus hebben ze het maar laten verwaarlozen en gesloopt.”

Alleen de buurt kan de hoeve redden, is de overtuiging. “Marktpartijen kun je toch niet blind vertrouwen? Of een rijke stinkerd of een bedrijf koopt het. Zo’n koper gooit het hek op slot en je weet nooit wat-ie hiermee doet. Er is maar een denkbare eigenaar en dat is de buurt.”

In de plannen van de twintig spelen kleinvee, geitenkaas, een kruidentuin met eco-groenten en een buitenverblijf voor de buurt belangrijke rollen – wellicht gekoppeld aan een werkgelegenheidsproject. Alles ‘laagdrempelig’, dat spreekt.

De boerderij zou voor de symbolische gulden moeten worden overgenomen van het stadsdeel. Binnen een jaar moet best een miljoen zijn op te halen, om bij de gewenste bijdrage van het stadsdeel te leggen.

“Gelukkig heeft die dik uitverkochte zaal bij de vergadering veel partijen de ogen geopend. Door deze bulderende stem des volks is het ‘stadsdeel ineens bereid mee te denken. Nu mogen we, tot de volgende bespreking, over een maand of zo, blijven zitten,” zegt Martin. Al moet men van het stadsdeel slapen in de keet naast de boerderij, omdat het binnen te gevaarlijk is.

Maar de actiegroep blijft zitten totdat ze tevreden is; daar kan men op rekenen, bezweert Martin. “We zien heel wat perspectieven. Als buurt hebben we feitelijk een streep in de dijk getrokken: jullie politici hebben veel vernield, maar het is tot hier en niet verder.”

http://goudentips.org/boerderij

Parool 27-01-2001 / PAUL VUGTS